Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-06-2022

Aanslaan

betekenis & definitie

van moleculen en atomen. Volgens de opvattingen van de moderne natuurkunde kan een molecuul of een atoom in verschillende toestanden voorkomen, die verschillende energie-inhoud bezitten (z atoommodel).

In normale omstandigheden bevindt het molecuul zich in de toestand van de kleinste energie-inhoud. Door energietoevoer (bijv. verhitting of doorleiden van electrische stroom bij een zgn. gasontlading) kan het molecuul tijdelijk op een hoger energieniveau worden gebracht. Deze toestanden van grotere energie-inhoud heten aangeslagen toestanden, het proces van het brengen van de moleculen in deze toestand heet aanslaan. Het aanslaan kan o.a. geschieden door bestraling met licht van een bepaalde golflengte, dat eventueel ultraviolet zal moeten zijn of wel kan de aanslag geschieden door botsing met een electron, dat voldoende arbeidsvermogen van beweging bezit om hieruit de energie te verschaffen, die nodig is, om het molecuul in de aangeslagen toestand te brengen; ook botsing met andere atomen of met ionen kan hetzelfde doen.Historisch van groot belang is geweest de proef van Francken-Hertz(1914). Eén van de vormen ervan is in de figuur voorgesteld. Tussen een gloeikathode K, die electronen uitzendt en de opvangkooi P brengt men een electrische spanning aan, zodat de electronen naar de kooi worden getrokken en de geperforeerde voor kant met een zekere snelheid bereiken, welke snelheid niet verandert na het binnendringen, omdat de inwendige ruimte veldvrij is (Faradaykooi). Door de spanning te verhogen komen de electronen met steeds groter snelheid in de kooi, totdat bij een heel bepaalde waarde van de spanning, welke waarde echter afhangt van de aard van het gas, in de kooi een lichtverschijnsel optreedt. Op dit ogenblik is de snelheid der electronen voldoende groot om de gasmoleculen aan te slaan tot de eerst aangeslagen toestand. De moleculen blijven slechts korte tijd in deze toestand, ze gaan weer spontaan over naar de grondtoestand, bij welke overgang licht wordt uitgezonden. Voert men de spanning nog hoger op, dan verandert bij een bepaalde waarde van de spanning het licht plotseling van kleur. Op dit ogenblik is de snelheid der electronen zo groot, dat ook de tweede aanslagtoestand bereikt kan worden. Deze proef was het eerste directe bewijs van het bestaan van de discrete energie-niveau’s der moleculen en atomen (z atoommodel). De benodigde aanslagspanningen zijn 5 à 25 Volt. Wordt een atoom zo hoog aangeslagen, dat er een electron uit losgemaakt wordt, dan heet dit ionisatie. De hiervoor benodigde ionisatiespanning ligt iets hoger •dan de aanslagspanningen. Voor het aanslaan van röntgenstralen zijn hogere spanningen (duizenden volts) vereist. Voor aangeslagen atoomkernen Z kernphysica. PROF. DR C. ZWIKKER

Lit.: J. Franck en P. Jordan, Anregung von Quantensprüngen durch Stösse (Berlijn 1926); Foote en Mohler, Origin of Spectra (New York 1922); J. A. Prins, Grondbeginselen hedendaagse natuurkunde (Wolters, 1946).

< >