Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

Heilbot

betekenis & definitie

Heilbot (Pleuronectes Hippoglossus L.) is de naam van een visch, welke tot de familie der Schollen of Platvisschen behoort.

Deze onderscheiden zich door hun onsymmetrischen ligchaamsvorm, daar de oogen aan ééne zijde geplaatst zijn. De heilbot, die tot de groote visschen behoort en wel eens 1,5 Ned. el lang en 60 Ned. pond zwaar wordt, heeft een glibberig ligchaam, weeke schubben, van boven eene leverbruine, van onder eene witachtige kleur, sterke tanden, in de bovenkaak in 2 rijen, in de onderkaak in ééne rij geplaatst, de beide oogen aan de regterzijde en stekelige kieuwen. De rugvin telt ruim honderd stralen, en de breedte van dezen visch is bijna half zoo groot als z{jne lengte. Men vindt hem in de Noordzee tussche 50° en 70°, vooral bij de Faroër, Noorwegen, Ijsland, Groenland en Terre-Neuve, doch zelden in de Oostzee. Hij geeft in zee de voorkeur aan een kleiachtigen bodem boven een zandigen. Ook staat hij bekend als een onverzadelijke roover, die vele andere visschen verslindt.

< >