Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 11-01-2018

Apenbroodboom

betekenis & definitie

(Adansonia digitata L.). Deze, ook baobab genoemd, behoort tot de plantenfamilie der Sterculiaceën. De stam heeft eene middelmatige hoogte, maar verdeelt zich spoedig in takken. Deze laatste spreiden zich zeer snel uit en dragen eene menigte vijfdeelige bladen met langwerpigronde, puntige blaadjes.

De bloemen staan op zich zelf in de oksels der bladeren op behaarde bloemstelen, die wel eens 1½ Ned. palm lang zijn. De kelk is klokvormig en vijfdeelig, en de sneeuwwitte bloembladen, 5 in getal, vormen eene fraaije, groote bloem. De helmdraden zijn tot een bundel zamengegroeid en dragen violette helmknopjes. Het vruchtbeginsel is eivormig, en hierop verheft zich de lange stijl. De vrucht zelve is 8- of 10-hokkig. De apenbroodboom groeit in Afrika, aan de Senegal en ook in Abessinië. Daarenboven is hij in de keerkringsgewesten op onderscheidene plaatsen aangekweekt. Hij behoort tot de oudste boomen der aarde. Adanson heeft de verhouding opgegeven, die volgens zijn gevoelen bestaat tusschen de hoogte en de dikte van den stam op verschillenden leeftijd. Die verhouding is deze: Een éénjarige boom is 3 Ned. duim dik (volgens de middellijn) en 15 Ned. duim hoog, — een boom van 1000 jaar is 5 Ned. el dik en 19 Ned. el hoog, — en een boom van 5150 jaar is 10 Ned. el dik en 24 Ned. el hoog. Ook zegt men, dat zijne wortels verbazend lang worden, ja, dat Adanson een wortel gezien heeft ter lengte van 35 Ned. el. In den laatsten tijd heeft men die opgaven in twijfel getrokken. — De kruin is dikwijls zoo digt met bladeren bezet, dat zij op een loofstapel gelijkt. Het hout van dien boom is licht van kleur en zacht, zoodat de wilde bijen er gaarne in huisvesten. Oude boomen gebruikt men tot het begraven van lijken. Deze worden in de holle boomen geplaatst, waar zij tot mummiën uitdroogen zonder eene balseming te behoeven.

De sappen van deze plant zijn slijmachtig en verzachtend. De bladeren en bloemen zijn heilzaam bij doorloop en zelfs bij koorts. De Negers hebben veelal de tot poeder gewreven bladen van den apenbroodboom bij zich; zij vermengen daarmede de spijzen om eene overmatige uitwaseming te voorkomen. Hiertoe wordt dat poeder ook door Européanen gebruikt. Intusschen is het binnenste der vrucht het beste gedeelte van den boom. Dat zuurachtig plantenmoes heeft een zeer goeden smaak. Het wordt in zijn natuurlijken toestand gegeten of ook wel met suiker in een frisschen drank veranderd, die vooral bij vele ongesteldheden zeer aangenaam en heilzaam is. Daarin is appelzuur, gom en zetmeel ontdekt. Ook voegt men die vrucht bij vele spijzen, om daaraan een zeer gewenschten bijsmaak te geven. De vruchtschaal bevat veel kali, zoodat men aan de Senegal de asch dier schaal met palmolie in zeep herschept.

Op de bijgevoegde afbeelding zien wij de bloem, het blad en de vrucht van den apenbroodboom op de helft der natuurlijke grootte.Apenbroodboom