Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 14-11-2017

Amulet

betekenis & definitie

Deze naam is waarschijnlijk afkomstig van het Arabisch woord “hamalet (aanhangsels)”, en men geeft dien aan een voorbehoedmiddel tegen tooverij, ziekte en andere ellenden. Amuletten worden gewoonlijk om den hals en aan andere deelen des ligchaams gedragen; zij waren bekend bij de oude Egyptenaren en bestonden bij hen uit edele gesteenten, die men in den vorm van een kever (scarabaeus cantharus), als het zinnebeeld van voortbrengende kracht, van den loop der maan en der zon, geslepen had.

De zinnebeelden van beveiliging tegen gevaar waren bij deze kevers de voelhorens. De Israëlieten gebruikten edelgesteenten, gouden en zilveren platen, waarop tooverspreuken waren gegraveerd, en zij hingen deze om den hals of aan de ooren. Bij hen waren echter het meest de gedenkcedels in zwang, smalle perkamenten strooken, waarop spreuken en gebeden stonden gegriffeld; deze droeg men op het voorhoofd, aan het linker handgewricht, op de borst en aan den hals, en zij werden enkel gedurende den rouwtijd afgelegd. Aanvankelijk moesten zij dienen tot herinnering aan de Goddelijke geboden, maar weldra werden zij als voorbehoedmiddels tegen velerlei gevaren beschouwd, en de Farizeën maakten ze breed. Bij de Chaldeeuwen waren de amuletten gouden ringen met heilige getallen en werden om den hals gedragen, — bij de Grieken vingerringen, — en bij de Romeinen kostbare hals- en armbanden. De oude Germanen hadden, als amuletten, kleine koperen zwaarden, doorboorde tanden van een hond en kleine donderbeitels. Het dragen van amuletten is van de Joden en Heidenen op de Christenen overgegaan. Sommige Christelijke secten waren er zoo sterk op gesteld, dat de synode te Laodicéa, in de 4de eeuw, het dragen van amuletten verbood. Later werd er ook te Rome door Gregorius II (721), te Constantinopel en te Tours het veroordeelend vonnis over uitgesproken. Intusschen werd dit bijgeloof nooit geheel en al uitgeroeid, en het ontving vervolgens in de R. Katholieke kerk door het agnus Dei en door Maria-medailles nieuw voedsel. Zelfs bij de Protestanten van onzen tijd worden onderscheidene zaken bij wijze van amuletten gebruikt, bijvoorbeeld koralen om het tandenkrijgen te bevorderen, een ijzeren ring tegen de jicht enz. Vooral bij de Mohammedanen zijn de amuletten in groot aanzien. Bijna alle geloovigen dragen ze in verschillende vormen. Bij de Perzen en Arabieren draagt een amulet den naam van talisman. Ook bij de Mongolen, bij de inwoners van Tibet, bij de Chinezen en Japannézen zijn zij in gebruik, en bij de Russen hebben zij de gedaante van kleine heiligenbeelden.

< >