(Sir) graaf van Orford, engelsch staatsman, geb. te Houghton 1676, overleden te Londen 1745, kwam in 1701 in het Lagerhuis, was sedert 1703 „leader” der Whigs, van 1708 tot 1710 staatssecretaris van oorlog, van 1710 tot 1711 tresorier der vloot, werd door zijn vijanden beschuldigd van omkoopbaarheid en in den „Tower” opgesloten (1712) waar hij bijtende pamfletten tegen de Tories vervaardigde. In 1714 trad hij dn het krijt voor de aanspraken van het huis van Hannover op den engelschen troon en werd door George I tot betaalmeester van het leger, lid van den Privy Council, en in 1715 tot eersten minister en kanselier benoemd, doch moest aftreden toen hij zich tegen den wil des konings, die oorlog met Rusland verlangde, verzette.
De zware financiëele crisis van 1720 noopte George I evenwel hem weder de leiding der zaken toe te vertrouwen. Hij nam nu zulke deugdelijke maatregelen, dat de crisis spoedig was bezworen, en bleef aan het bewind tot 1742. De verkiezingen van 1741 vielen echter ten nadeele van zijn staatkunde uit, daarom legde hij het volgend jaar zijn functiën neder. Tot het eind van zijn leven bleef hij evenwel grooten invloed op den koning behouden.