ZANDLOOPER, m. (-s), een tijdmeter, uit twee kegelvormige fleschjes bestaande en aan de spitsen door eene nauwe opening verbonden, ten deele met zand gevuld, dat, als het werktuig loodrecht staat, in een bepaalden tijd, bv. van een uur, een half uur, eene minuut, al naar de hoeveelheid zand en de snelheid, waarmede het valt, in het onderste fleschje loopt: den zandlooper omkeeren;
— (nat. hist.) strandpluvier (charadrius cantianus); ook : strandlooper (tringa arenaria); zandkever, om zijn snelle loopen ook zandlooper geheeten.