VRACHTBRIEF, SCHULDBRIEF); hij heeft de oudste brieven, kan de oudste rechten doen gelden;
— (hand.) brieven uit de hand-, wissels die nog niet uitgegeven zijn of geene nemers gevonden hebben, bv. die aan eigen order;
— schriftelijke toespraak aan een of meer afwezige personen, gewoonlijk gesloten en van een adres voorzien, verzonden iem. een brief schrijven,
— rondgaande brief, die achtereenvolgens aan verschillende personen gezonden wordt;
— gefrankeerde brief, waarvan het port door den afzender, in den vorm van opgeplakte postzegels, vooraf is betaald;
— aangeteekende brief, dien men bij de bezorging per post in een register laat inschrijven;
— expresse-brieven worden onmiddellijk, bij afzonderlijke bestelling, bezorgd;
— brieven poste-restante blijven aan het postkantoor liggen, tot zij door den rechthebbende worden opgeëischt;
— (spr.) hij is zoo dicht als een brief, laat geene geheimen los;
— hij schrijft toch mooie brieven, kan toch mooie beloften geven;
— een Engelschen brief schrijven,(vroeger een moeilijk werk, waarbij men niet gestoord mocht worden) een middagdutje doen;
— zekere boeken van het Nieuwe Testament: de Brieven van Paulus aan de Romeinen;
— uitgave eener verzameling brieven van of aan bekende personen: brieven van Multatuli;
— boek in briefvorm geschreven: roman in brieven; brieven van Abraham Blankaart; brieven over den Bijbel;
— open brief aan
..., ingezonden stuk in eene krant, aan het adres van een bepaald persoon, meest een strijdschrift;
— geregelde correspondentie in een dagblad brieven uit Berlijn;
— los stukje of strook papier, waarop eene korte aanteekening, aanwijzing, opgave, bericht enz. geschreven of gedrukt is of kan worden bij besmettelijke ziekte krijgt men een briefje op de deur, de door de wet voorgeschreven waarschuwing dat in dat huis eene besmettelijke ziekte heerscht;
— een briefje van verschotten; bij verzuim moet men een briefje zenden, waarop de reden van het verzuim vermeld is;
— ik geef u een briefje van mijne hand, ik verzeker het u stellig;
— dat kan ik wél op een briefje geven, dat weet ik beslist zeker;
— dat zal ik u op een briefje geven, ironisch gezegd tot iem. die vreest iets te vergeten;
—op, voor mijn briefje, wel wis en zeker voor mijne rekening !;
— iem. een briefje op de mouw spelden, wat wijs maken;
— zij is haar briefje kwijt, in scherts bezegd van eene vrouw wier bevalling later komt dan zij gerekend had;
— het iem. op zijn briefje zetten, op zijne rekening, (fig.) het hem betaald zetten;
— briefje van ontslag, schriftelijke verklaring, bevattende naam en signalement van den persoon, aan wien het wordt afgegeven, het korps waarbij, en den tijd hoelang hij heeft gediend, benevens de begane overtreding waarom hij uit den militairen dienst weggezonden wordt;
— een briefje van duizend, een bankbiljet van zooveel gulden;
— lommerdbriefje;
— loterijbriefje;
— (fig.) een brief aan de kaars, een kooltje dat rondom de pit zit en de kaars doet afloopen;
— een brief spelden, papier waarop 12 dozijn spelden in rijen gestoken zijn om zoo toegevouwen, in den handel gebracht te worden;
— een brief naalden, papieren omslag met 10 of 12 pakjes naalden (van 10 of 12 stuks).