Het begrip vorderen heeft 2 verschillende betekenissen:
1. vorderen - VORDEREN - (vorderde, heeft gevorderd), eischen, vragen: geld vorderen; hoeveel hebt gij te vorderen ?; rekenschap vorderen;
— aanspraak maken op : dat vordert eerbied. VORDERING, v. (-en), eisch, vraag; schuldvordering, pretentie.
2. vorderen - VORDEREN - (vorderde, is gevorderd), vooruitkomen, voortgaan: het werk vordert toch, al is het langzaam; in eene wetenschap flink vorderen, vooruitgaan. VORDERING, v. (-en), vooruitgang : vorderingen maken.