VLEESCHHAAK - m. (...haken), haak om er een geslacht beest aan te hangen;
...HAKMACHINE, v. (-s), machine om vleesch fijn te hakken;
...HAL, v. (-len), overdekte vleeschmarkt;
...HOUWER, m. Os), slager;
...HOUWERIJ, v. (-en), het vleeschhouwen; (ook) plaats waar vleesch verkocht wordt;
...HUID, v. (-en), (geneesk.) vleeschachtig vlies;
...IJZER, o. (-s), vaststaand ijzer waarover de leerlooiers de huiden trekken om ze van vleeschdeelen te zuiveren:
...JUS, v. jus van gebraden vleesch;
...KAMER, v. (-s), kamer waar (geslacht) vleesch bewaard wordt;
...KANT, m. (-en), zijde waar het vleesch is in tegenst. van het vette of de spekzijde); de vleeschkant der huiden, de binnenzijde;
...KETEL, m. (-s), groote kookketel;
...KEUR, v. (-en), voorschriften betreffende het toezicht over de vleeschhouwerijen;
...KEURDER, m. (-s),
...KEURING, v. (-en);
...KIES, v. (...zen), scheurkies;
...KLEUR, v.