Gepubliceerd op 02-12-2018

Tering

betekenis & definitie

Tering - v. (-en), vertering (van spijzen); uitgave, vertering : vrije tering hebben, het zelf niet behoeven te betalen; (fig.) de tering naar de nering zetten, de uitgaven naar de inkomsten regelen;

— ziekte met een chronisch verloop, dk de krachten sloopt, het lichaam doet uitteren en wegkwijnen, inz. longtering: aan de tering lijden, gestorven zijn; (spr.) hij zal er de tering nog van zetten, krijgen het is heel gevaarlijk voor hem.