Gepubliceerd op 06-12-2018

SLEDE

betekenis & definitie

SLEDE - v. (-n), SLEE, v. (-ën), voertuig zonder wielen, om vrachtgoederen rond te brengen ; inz. om over ijs en sneeuw heen te glijden : in eene slede rijden ; met arresleden over de Maas rijden;

— eenige aan elkander verbonden palen tot het afladen van vaten enz.;
— werktuig in een houtzaagmolen dat de door te zagen balken of planken aanschuift;
— MENNER, m. (-s), voerman ;
— TOUW, o. (-en), touw waarmee de slee van een houtzaagmolen teruggewonden wordt;
— TUIG, o. (-en), (-en), tuig van eene arreslede ;
— VAART, v. (-en), pleziertocht van een aantal sleden achter elkander (inz. over de sneeuw);
— VAREN, o.