Het begrip schorsen heeft 2 verschillende betekenissen:
1. schorsen - SCHORSEN - (schorste;, heeft geschorst), uitstellen, opschorten: zijn oordeel schorsen;
— tijdelijk sluiten: eene vergadering schorsen;
— tijdelijk ontzetten (van een ambt): een priester in zijne bediening schorsen. SCHORSING, v. (-en), het schorsen.
2. schorsen - SCHORSEN - (schorste, heeft geschorst), (w. g.) van de schors ontdoen, ontschorsen.