Gepubliceerd op 29-11-2018

Scheer

betekenis & definitie

Scheer - v. (scheren), bank die in twee ver uitstekende. punten, evenals eene geopende schaar, uitloopt; inz. naam der banken, klippen en kleine eilandjes aan de kusten der Oostzee bij Zweden en Finland, inz. voor Stockholm, die zich 16 á 17 mijlen ver in zee uitstrekken en het binnenloopen in de havens onveilig maken,

< >