Opsplijten (spleet op, heeft en is opgespleten), splijtende, klievende openen, vaneensplijten: een stuk hout opsplijten;
— die plank splijt op, daar komt eene scheur in.
OPSPLIJTING, v.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: