Gepubliceerd op 01-11-2018

Ontnuchteren

betekenis & definitie

(ontnuchterde, heeft en is ontnuchterd), iem. des ochtends voor het eerst iets laten eten; zich ontnuchteren, des ochtends voor het eerst iets gebruiken;

nuchter maken, van dronkenschap of bedwelming bevrijden: de ontnuchterende wind; zoo’n stortbad ontnuchterde hem geheel;
— (fig.) ontgoochelen : die koele ontvangst ontnuchterde hem geheel en al. ONTNUCHTERING, v. (-en), het nuchter worden : na de ontnuchtering herinnerde hij zich niets meer van het gebeurde;
— ontgoocheling: na een leven van zooveel illusies was de ontnuchtering zeer pijnlijk.