Gepubliceerd op 01-11-2018

Onbezet

betekenis & definitie

bn. niet bezet, niet door iem. ingenomen, ledigstaand, leeg : een onbezette stoel; geene plaats was in het geheele gebouw onbezet;

—; _ niet door iem. ingenomen, onvervuld : de onderwijzersbetrekking is er thans onbezet; is dat baantje nog onbezet ?;
— eene betrekking (een post enz.) onbezet laten, die onvervuld laten, niet doen waarnemen;
— onbezet blijven, onvervuld blijven, bij voortduring niet waargenomen worden;
— niet van eene bezetting of van wachten voorzien : de wallen waren onbezet.

< >