Medebroeder m. (-s), ambtgenoot; naaste, evenmensch;
...BROEDERSCHAP, v. (-pen), de medebroeders;
— o. gmv. het zijn van medebroeder;
...BURGER, m. (-s), die met anderen burger is van dezelfde gemeente of hetzelfde land;
...BURGERES, v. (-sen);
...BURGERSCHAP, o. hoedanigheid van medeburger;
...CHRISTEN, m. (-en), broeder in Jezus Christus;
...COMMISSARIS, m. (-sen);
...CREDITEUR, m. (-en).