Het begrip legger heeft 2 verschillende betekenissen:
1. legger - LEGGER, m. (-s), iem. die legt, inz. (bij papierm.) diegene welke de bladen van de vilten neemt en ze op elkander legt: mijn buurman zoekt een legger;
— (molenm.) de op het doodbed rustende molensteen, waarover de looper rondwentelt;
— naam van zekere registers de legger der gemeente A.; No... van den legger;
— balk waarop de vloer rust: nu gij een nieuwen vloer neemt, zou ik maar nieuwe leggers nemen ook;
— (zeew.) groot watervat op schepen;
— legblad, zie aldaar.
2. legger - LEGGER, (-s), oude Indische maat voor vloeistoffen (inz. voor arak) van 388 Indische kan = 563 Liter.