KRUISAANBIDDER, m. (-s), (kerk. gesch.);
...AANBIDDING, v. vormelijke aanbidding van het kruis in de kerken van het Oosten in de 7e eeuw, staurolatrie;
...AFDOENING, v. (Zuidn.) kruisafneming;
...AFNEMING, v. de afneming van Christus van het kruis; (schild.) eene schilderij, die de afneming van het kruis voorstelt;
...ARCEERING, v. (-en), dubbele arceering;
...ARM, m. (-en), dwarshout van een kruis; arm van het kruis (transept) eener kerk;
— de loodrecht op elkaar staande spaken van een windas;
— (molenm.) de kruiselings over elkaar liggende armen binnen sommige molenwielen, waardoor deze in verband gehouden worden;
...BALK, m. (-en), dwarsbalk aan het kruis.