GELEG, o. (Zuidn.) dat is hier een schoon gelen voor eene herberg, eene mooie ligging, gelegenheid;
— (Zuidn.) woning, huis, inz. boerderij met de erbij behoorende landerijen: hij woont daar op een groot geleg;
— (Zuidn.) steenbakkerij.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: