Gepubliceerd op 24-02-2020

Geheugen

betekenis & definitie

Het begrip geheugen heeft 2 verschillende betekenissen:

1. geheugen - GEHEUGEN, (geheugde, heeft geheugd), (Zuidn.) zich herinneren, er aan gedenken geheugt (ook wederk. geheug u), dat zij uwe arme dorpsgenooten zijn;
— (van zonden) ze gedenken, ze niet vergeten en vergeven;
— (gew.) help mij dat geheugen, help me dat onthouden, herinner er mij aan.

2. geheugen - GEHEUGEN, o. het gedenken aan iets, de herinnering, of wel, de voortdurende herinnering, de gedachtenis: in mij is geen haat, geen geheugen zelfs van het lijden;
— geheugen van iets hebben, er herinnering van hebben, het zich herinneren;
— geheugen behouden voor iets, het zich blijven herinneren, er aan blijven denken;
— het geheugen van iets verlevendigen, de herinnering er van weder opwekken, het weder voor den geest roepen;
— het geheugen van (of aan) iets verliezen, de herinnering er van verliezen, het vergeten;
— het blijvend aandenken, de gedachtenis: (w. g.) in (oud) geheugen zijn, als iets dat lang geleden is in de gedachtenis voortleven;
— inz. het vermogen om voorstellingen van den geest te bewaren een goed, sterk, uitmuntend, zwak geheugen hebben; zijn geheugen begint te verzwakken, ie verminderen;
— een getrouw geheugen, op welks juistheid men vertrouwen kan, of wel, dat iem. niet begeeft;
— geheugen hebben, een goed geheugen hebben;
— (fig.) zijn geheugen pijnigen, op de pijnbank zetten, zich zwaar inspannen om zich iets te herinneren; al de voorstellingen in den geest welke men zich kan bewust maken een verstandig geheugen, een geheugen van logische associatiën;
— een mechanisch of werktuiglijk geheugen, de reproductie van werktuiglijke associatiën;
— een rijk geheugen, een geest rijk aan herinneringen;
— in het geheugen liggen (dichterlijk zweven enz.), als herinnering voor den geest staan, zweven enz.;
— iets in het geheugen hébben, het zich herinneren;
— iets in het geheugen prenten (inprenten), het vast in den geest prenten, ten einde het niet te vergeten;
— iets in het geheugen bewaren, het zich bij voortduring herinneren, het onthouden;
— iets voor het geheugen brengen, het weder voor den geest brengen;
— zich iets in hei geheugen brengen, roepen, het weder voor den geest roepen of weder in de gedachten brengen;
— uit het geheugen, uit de herinnering, uit het hoofd;
— (dicht.) (w. g.) iets, dat men zich herinnert, eene herinnering: geliefd geheugen, wijk! en, dierbaar beeld, vaarwel!