GEHARDHEID, v. door oefening, gewoonte enz. verkregen lichamelijke geschiktheid tot het verduren van allerlei ongemakken, als ontberingen, vermoeienissen enz., die óf uit het zinsverband blijken óf in eene bepaling zijn uitgedrukt; zijne gehardheid tegen allerlei vermoeienissen; bij dien zwaren bergtocht toonden de troepen eene groote gehardheid; (fig.) door wilskracht, gewoonte enz. verkregen geschiktheid tot het verduren van onaangename of smartelijke aandoeningen; het bestand zijn tegen smart, kwelling enz. gehardheid tegen ‘t leed.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk