Gepubliceerd op 01-09-2018

Basis

betekenis & definitie

BASIS, v. (basissen, bases), alles waarop een lichaam steunt of rust, grondslag, grondvlakte;

— (wisk.) grondgetal van een logarithmenstelsel;
grondvlak, grondlijn van een wiskundig figuur;
— (landmetersterm) die rechte lijn in het driehoeksnet, waarvan de lengte nauwkeurig moet bepaald worden, om den vorm en de grootte van het geheele terrein te kunnen berekenen;
— (krijgsk.) versterkt terrein vanwaar de operatiën tegen den vijand uitgaan;
— (fig.) grondslag eener beschouwing, redeneering: zich op eene verkeerde basis plaatsen; op de basis van het sociale program der Liberale Unie is samenwerking nog mogelijk;
— (scheik.) verbinding van zuurstof met eene andere stof die in staat is met een zuur een zout te vormen. BASISCH, bn. (scheik.) basische zouten.