AFPLOFFEN, (plofte af, is en heeft afgeploft), (van personen of zware voorwerpen die zich op eene hoogte bevinden) plotseling van de hoogte afvallen, met een plof naar beneden storten: een der spuitgasten deed een misstap en plofte van de gootlijst af;
— de stormwind plofte den schoorsteen van het dak af, wierp dien naar beneden.