Gepubliceerd op 30-08-2018

Afnemer

betekenis & definitie

AFNEMER, m. (-s), een persoon die iets afneemt; vooral: kooper, klant (van een winkel, eene fabriek, van een product, een fabrikaat); afnemers gevraagd; opkooper van gestolen goederen;

— werktuig waarmede men iets afneemt: (bij het kaarden in de katoen- en wolspinnerij) houten cilinder of trommel rondom met kaard- of krasband bekleed, die het katoen of de wol van de groote trommel (tamboer) afneemt, ook strijktrommel en kamrol, doffer, filet, wentelaar, poedel geheeten;
— een ding dat afgenomen wordt; een schietgeweer waarvan de loop gemakkelijk kan worden afgenomen, terwijl de kolf niet uiteengedraaid kan worden, wat wel het geval is bij den af draaier die in de jachtwet verboden is. AFNEEMSTER, v. (-s), zij die afneemt, inz. koopster, klant van een winkel, eene fabriek, van een product, een fabrikaat.

< >