Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
Het begrip tamboer heeft 3 verschillende betekenissen: 1) trommel. trommel die wordt gebruikt in militaire muziekkapellen en in fanfares en harmonieorkesten. 2) miltaire trommelaar. iemand die op de trommel speelt in een militaire muziekkapel, vooral bij militaire ceremonies of ter begeleiding van andere militaire activiteiten; milit...
Wiktionary (2019)
tamboer - Zelfstandignaamwoord 1. trommelslager die de maat aangeeft bij het marcheren van soldaten
Muiswerk Educatief (2017)
tamboer - zelfstandig naamwoord uitspraak: tam-boer 1. iemand die trommelt of op de trom slaat ♢ de tamboers liepen in de fanfare achteraan Zelfstandig naamwoord: tam-boer de tamboer de...
Wouter van Boesschoten, Wieneke van Breukelen, Ton Konings m.m.v Henriette Coppens, Eefje Lonis, Jos van Waterschoot & Simon Wienke (2002)
Een tamboer (ook trommel) is de ondersteuning van een koepel-gewelf in de vorm (1) van een cilinder; meestal met ramen.
Pieter Scheen (1980)
Johannes; geb. Den Haag 21 januari 1787, overl. Amsterdam 29 september 1847. Woonde en werkte in Den Haag. Huwde in 1818 te Amsterdam en was er toen gevestigd. Huisschilder; tevens redelijk goed portretschilder.Tentoonstelling Amsterdam 1840: een mannen- en een vrouwenportret. Scheen 1970.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
