ADMINISTRATIEF bn. wat op de administratie betrekking heeft;
— administratieve betrekking, bezigheden, waarin of waarbij men zich met de administratie belast;
— een administratief persoon, persoon met de administratie belast, of die in staat is de administratie te voeren;
— het administratief recht, recht dat de verhouding tusschen regeering en onderdanen, staatsgezag en geregeerden regelt, de wetten waaraan de overheid bij haar optreden tegenover de burgers gebonden is;
— de administratieve rechtspraak, de beslissing van geschillen uit het adm. recht voortspruitende, of een adm. maatregel al of niet terecht is genomen;
— de administratieve macht, in tegenstelling van de rechterlijke macht