Gepubliceerd op 14-11-2017

aanstoot

betekenis & definitie

Aanstoot - m., schok door het stooten of vallen van twee voorwerpen tegen elkander; struikelblok; oorzaak van een zedelijken val, aanleiding tot zonde; (fig.) schandaal, ergernis: aanstoot geven, (minder sterk dan) ergernis veroorzaken; - hij is de steen des aanstoots, door hem mislukt de zaak; ook: hij is een voorwerp van berisping; - die aan den weg timmert, lijdt veel aanstoot, wie in het openbaar handelt, stelt zich bloot aan velerlei bedilling; - aanstoot lijden (of hebben), aangevallen worden, vijandige bejegening ondervinden. Minder goed is den aanstoot geven voor den stoot of den eersten stoot geven.

< >