Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Zelfs

betekenis & definitie

bw. ter aanduiding dat het begrip waarmee het verbonden wordt mede in de voorstelling of de voorgestelde zaak begrepen is (bep. tegen de verwachting): zelfs zijn vrienden ontzag hij niet; hij had er zelfs geen vermoeden van; de Spanjaarden vermoordden allen, zelfs de vrouwen brachten zij om ; — wat nog meer is : ik heb hem gezien en zelfs gesproken ; het is fris, zelfs koud.