Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Overmorgen

betekenis & definitie

bw., op de dag na morgen; — (bij uitbr.) morgen of overmorgen, te eniger tijd ; — van hier tot overmorgen, uiterst lang ; (ook) bovenmatig ; — scherts, als uitroep, om te kennen te geven dat men iets niet doen wil, niet gelooft enz.

< >