Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Ontruimen

betekenis & definitie

(ontruimde, heeft ontruimd), een plaats of ruimte die men inneemt verlaten of door de daarin aanwezigen doen verlaten: de zaal was weldra door de aanwezigen ontruimd; de voorzitter liet de publieke tribune ontruimen;een huis ontruimen, verlaten met de zijnen en het zijne; — inz. van plaatsen die door troepen bezet zijn: de Franse maarschalk had in die nacht de stad ontruimd; — (fig.) wanneer gulle kout en oude wijn de zorg het harte doen ontruimen.