Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Ontbinden

betekenis & definitie

(ontbond, heeft ontbonden),

1. wat of wie gebonden is losmaken: een geboeide ontbinden; een knoop ontbinden;een huwelijk ontbinden, de scheiding van gehuwden uitspreken.
2. (dicht.) bevrijden: wie kan mij van mijn schuld ontbinden?
3. (van vergaderingen en verenigingen) uiteen doen gaan of opheffen: de Koning heeft het recht de kamers der Staten-Generaal te ontbinden; een commissie ontbinden.
4. (mechanica) in plaats van een gegeven kracht twee of meer andere stellen welker resultante de gegeven kracht is.
5. (rekenk. en wisk.) de factoren bepalen waarvan de gegeven vorm het product is.