Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Fosfor

betekenis & definitie

m., chem. element (P) uit de vijfde groep van het periodiek systeem, dat in de natuur veelvuldig in verbinding met andere lichamen, voornamelijk in de bodem en in beenderen voorkomt; witte fosfor is in zuivere toestand doorzichtig, kleurloos en week en oxydeert reeds bij gewone temp. met zwak licht; rode fosfor wordt bij de vervaardiging van lucifers gebruikt. FOSFORACHTIG, bn.

FOSFORBOM, v. (-men), met fosforrubber gevulde brandbom; ...BRONS, o., brons waarvoor fosforhoudend koper is gebruikt; ...DAMP, m. (-en).

< >