I. BLAFFER
m. (-s), hij die blaft; hond; — (Barg.) revolver (ook blaffert).
II. BLAFFER BLAFFERD, m. (-s),
1. register: blaffer op de Ned. Staatswetten; — klapper, kantoorkladboek; — (oudt.) lijst van renten, tienden, en andere gerechtigdheden die een heer of een klooster bezat;
2. automatisch werkend sluisje.