Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Atmosfeer

betekenis & definitie

(<Gr.), v. (...feren; in de bet. 3. ook onveranderd gebr.),

1. dampkring, het gashulsel dat de aarde omgeeft;
2. de dampkringslucht op een bepaalde plaats der aarde: de atmosfeer is nevelig;
3. (nat. en werktuigk.) drukking van de dampkring, als eenheid genomen om de spanning van gassen en dampen, van stoom vooral, te meten (1,033 kg per cm2): een spanning —, ook: stoom van 4 atmosferen;
4. lucht waarin we ademen: die ongelukkigen werken voortdurend in een bedorven atmosfeer; (gemeenz.) wat een atmosfeer is het hier! wat is het hier heet, benauwd!
5. (fig.) omgeving, kring waarin men leeft en welks invloed men ondervindt: hij was in een atmosfeer van ruwheid en ondeugd opgegroeid (thans is sfeer gewoner).

< >