Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Afkomst

betekenis & definitie

v.,

1. afstamming: van hoge afkomst, van adellijke familie; (praegnant) van aanzienlijke familie: een meisje zonder afkomst’,van Franse afkomst, in Frankrijk geboren; ook: van Franse ouders afstammende ; — de afkomst ener taal, van een woord, oorsprong, afleiding;
2. (dicht.) de afstammelingen, het kroost.