Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Warmtegeleiding

betekenis & definitie

Warmtegeleiding - vindt plaats in een lichaam of in een aantal aan elkaar grenzende lichamen, wanneer de temperatuur niet overal dezelfde waarde heeft. De mate, waarin de w. in verschillende stoffen bij hetzelfde temperatuurverval plaats heeft, is zeer verschillend. De metalen b.v. zijn goede geleiders voor warmte, terwijl verschillende vezelachtige stoffen slechte geleiders zijn. Op laatstgenoemde eigenschap o.a. berust het gebruik van dergelijke stoffen voor kleeding.

Voor elke stof kan de hoeveelheid warmte, die een staaf van de eenheid van lengte en de eenheid van doorsnede per tijdseenheid passeert, wanneer tusschen de uiteinden der staaf een temperatuurverschil van 1° Celsius wordt onderhouden, terwijl de zijvlakken geen warmte doorlaten, door een bepaald getal worden uitgedrukt, het geleidingsvermogen voor warmte. Bij invoering van deze grootheid kan de w. geheel mathematisch worden geformuleerd, hetgeen het eerst is geschied door Fourier. Voor een groot aantal stoffen geldt, dat het geleidingsvermogen voor warmte evenredig is met dat voor electriciteit (wet van Wiedemann en Franz). Bij uitsluiting van warmtestraling kan in vloeibare en gasvormige lichamen overdraging van warmte behalve door w. ook door convectie plaats vinden.

< >