Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 10-01-2019

Johannes de dooper

betekenis & definitie

Johannes de dooper - (Gr. Baptistes), volgens Lk. 1 geboren als kind van het bedaagde priesterlijke echtpaar Zacharias en Elisabeth in een stad van Juda (het stadje Juta?). Hij was Nazireeër en groeide op in de woestijn van Juda. Zijn optreden deed denken aan Elia. Het O. T. en de natuur waren de atmosfeer waarin hij leefde.

Hij deed een geweldige opwekking ontstaan door boetprediking en bekeeringsdoop tot schuldvergeving als voorlooper van den Messias. In den doop eischte hij ook de verootmoediging van echte Israëlieten, die zoo iets alleen van heidenen vorderden. Vooral trad hij op bij den Jordaan. Toen Jezus, zijn meerdere, kwam, moest hij ook hem doopen. Niet al zijn leerlingen volgden Jezus, Hand. 18:25, 19:3 v„ Mt. 9:14, Lk. 11:1. J. werd later door Herodes Antipas gevangen genomen.

Jozefus, Oudh. XVIII, 5, 2 wijt dit aan vrees voor den profeet, Mk. 6:18 aan Herodias, zijn bijzit. In de gevangenis, volgens Jozefus van Machaerus, zond J. in een aanval van twijfel tot Jezus om antwoord Mt. 11:2 v. Ten slotte werd hij door den invloed van Herodias onthoofd, Mk. 6:17—29, 11:32. Het oordeel der Joden over hem Mk. 11:29 v. H. Oort, Mt. 11 en de J.-gemeenten, Theol. Tijdschr. 42 (1908), 299 v., P. A. E. Sillevis Smitt, J.d. D., 1908; D. P. M. Graswinkel, J. in de lijst van zijn tijd, Geloof en Vrijheid 20 (1909), 165v., W. Brandt, Die jüdischen Baptismen, 1910.

< >