Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Genie

betekenis & definitie

Genie - (Lat. genius) is een, het normale ver te boven gaande, door oefening en aanleeren niet te verwerven, tot oorspronkelijk scheppen in staat stellende geestelijke begaafdheid. De geniale mensch bezit een buitengewone kracht van geestelijke intuitie verbonden met het vermogen om het zoo aanschouwde te verwerkelijken en daaraan gestalte te geven. Er zijn genieën in de wetenschap en in de techniek en praktijk (b.v. staatkunde), maar een bijzondere beteekenis heeft het genie in de kunst. — In tegenstelling met het talent is het genie zelden erfelijk. — Meermalen en vooral in den laatsten tijd is opmerkzaam gemaakt (door Lombroso, Nordau, Möbius, Dilthey e. a.) op den samenhang van g. met zekere pathologische geestestoestanden.

Brentano, das Genie (1892); Lombroso, Genie u. Irrsinn (Univ. Bibl.); Türck, der geniale Mensch (1897).