Borodin (Alexander Porphiriewitsj), geb. 1834 te Petersburg, overl. ald. 1887. B. studeerde in de medicijnen en de scheikunde, was aanvankel. officier van gezondheid, later professor a.d. med.-chir. akademie te Petersb. Naast zijne wetenschap beoefende B. ijverig de toonkunst; hij was een der steunpilaren van de jong-Russische school, en had als voorzitter van de Ver. v. Muziekvrienden te Petersb. een grooten invloed op het muziekleven in zijn vaderland. Zijne meest bekende werken zijn zijne beide symphonieën en het karakterstuk voor orchest Eine Steppenskizze aus Mittel-Asien.
Eene opera Prins lgor was bij zijn dood nog niet gereed, maar werd voltooid door Glazounow en Rimsky-Korsakow en in 1890 te Petersb. opgevoerd. De muziek van B. toont een groot meesterschap over den vorm, eene vaardige hand in het instrumenteeren, en veel fantasie en vindingrijkheid in de harmoniseering; zijne neiging voor dissoneerende verbindingen veroorzaakt somtijds onnoodige hardheden. Zie A. Pougin, Essai historique sur la Musique en Russie.
