Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Arctomys

betekenis & definitie

Arctomys - een zoogdiergeslacht, behoorende tot de knaagdieren en verwant met den eekhoorn. De soorten van dit geslacht zijn groote, plompe dieren, met korte ooren en korten staart, die in zelfgegraven holen leven en den winter slapende doorbrengen; zij worden slechtsophet Noordelijk halfrond gevonden. De Marmot (A. marmotta, zie plaat Knaagdieren IV, fig. 4) lengte van het lichaam 50 c.M., leeft in de hooge Alpen, de Pyreneeën en de Karpathen, dicht bij de sneeuwgrens. Kleur: zwart-bruin, zoodat zij in het vrije veld moeielijk zichtbaar zijn.

Leeft in troepen bijeen, voedt zich met gras en kruiden. Bij het invallen van de koude trekken zij zich met troepen in eigengemaakte holen, die door een 8—10 M. langen toegang te bereiken zijn, terug; van te voren zijn deze winterwoningen met hooi bekleed. De toegang wordt vervolgens dichtgemetseld met steenen en aarde en hooi. ’s Winters daalt de temperatuur in de holen niet beneden 10°. In het dagelijksch leven verstaat men onder marmot ten onrechte een ander dier, n.l. het Guineesche Biggetje (Cavia cobayx). — De Bobak (A. bobac), lengte 37 c.M. en met 9 c.M. langen staart, is een bewoner van Polen, Galicië, ZuidRusland en Centraal-Azië, op vlakten en steenachtige heuvels, tot 3000 M. boven den zeespiegel, altijd in groote troepen bijeen; de levenswijze komt met die van den marmot overeen. Men vermeldt, dat onder de jagers van den Bobac — het vleesch wordt gegeten — vele gevallen van pest voorkomen en heeft daarom de verspreiding dezer ziekte wel in verband gebracht met het voorkomen van den Bobac.