Ned. wet die de handel in en het gebruik van meststoffen beoogt te regelen. De Meststoffenwet is in ontwerp door de minister van Landbouw en Visserij ingediend bij de Tweede Kamer en moet de Meststoffenwet 1947 vervangen.
De nieuwe wet strekt tot behartiging van het belang van de eerlijkheid in de handel en het belang van het agrarisch produktievermogen van de grond en (in samenhang daarmee) de beperking van bepaalde ongewenste neveneffecten van het gebruik van meststoffen. Tot meststoffen worden hier gerekend produkten als zuiveringsslib en dierlijke mest. Onder ongewenste neveneffecten wordt verstaan de aantasting van de kwaliteit van de grond of van agrarische produkten en verontreiniging van grond- en oppervlaktewateren. De Meststoffenwet wordt ten aanzien van o.a. verboden, vergunningen en ontheffingen nader geregeld d.m.v. AMvB’s. Onverlet blijft hetgeen is of wordt bepaald krachtens de Hinderwet, de Afvalstoffenwet of de Wet chemische afvalstoffen ten aanzien van het in voorraad hebben of verwerken van meststoffen. In acht genomen moeten worden o.a. de kwaliteitsdoelstellingen die krachtens de Wet verontreiniging oppervlaktewateren en de Wet bodembescherming zijn gesteld.Haar strafsancties ontleent de Meststoffenwet aan de Wet op de economische delicten.
