Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Jacoba van Beieren

betekenis & definitie

gravin van Holland, zeeland en Henegouwen (1417—33), *(ged. 16.7.) 1401 Le Ouesnoy, ✝ 8-9.10.1436 slot Teylingen (bij Sassenheim): enig kind van graaf Willem vi van Holland, Zeeland en Henegouwen en Margaretha van Bourgondië. Huwde 6.8.1415 de Franse kroonprins Jan van Touraine.

In 1417 stierven hij en Willem vi. Jacoba volgde haar vader op en huwde 10.4.1418 met pauselijke dispensatie haar neef Jan iv van Brabant. Jacoba’s oom → Jan (vi) van Beieren, eiste intussen dat zij hem als voogd en ruwaard zou erkennen. Hij kreeg steun van de Kabeljauwen ( → Hoekse en Kabeljauwse twisten) en van keizer Sigismund. Deze bewoog de paus tot herroeping van de dispensatie en beleende Jan van Beieren met Jacoba's landen. In 1419 werd de strijd door bemiddeling van Filips de Goede van Bourgondië beslecht (Verdrag van Woudrichem).

Jan van Beieren kreeg een aanzienlijk deel van het zuiden van Holland in erfleen (Brielle, Rotterdam. Dordrecht, Gorinchem en Leerdam): zou vijf jaar lang met Jan iv van Brabant de regering in Holland. Zeeland en Henegouwen voeren, een grote som geld krijgen en Jacoba, indien zij kinderloos stierf, opvolgen.Jan IV kon echter zijn geldelijke verplichtingen niet nakomen en verpandde in 1420 Holland en Zeeland voor twaalf jaar aan Jan van Beieren (Verdrag van St.Maartensdijk op Tholen). Jacoba aanvaardde dit niet, verklaarde 19.2.1421 haar huwelijk ongeldig, week uit naar Engeland en huwde daar 1422 Humphrey van → Gloucester, met wie zij 1424 in Henegouwen de strijd aanbond tegen Jan IV, die gesteund werd door Filips de Goede. Humphrey liet haar in de steek voor een hofdame waarna zij zich 13.6.1425 overgaf aan Filips, die haar te Gent gevangenzette. Jan van Beieren stierf en liet zijn rechten op Holland. Zeeland en Henegouwen na aan Filips, terwijl Jan IV zich als graaf van Holland en Zeeland bleef beschouwen. De Hoeken verzetten zich. waarna Jan IV Filips tot ruwaard van Holland en Zeeland benoemde.

Jacoba ontsnapte en hield de strijd drie jaar vol in de vestingdriehoek Gouda-Oudewater-Schoonhoven (1425—28—; behaalde twee overwinningen bij Alphen ( → Slagen bij Alphen), maar een Engels hulpleger werd 1426 door Filips bij → Brouwershaven verslagen. Tenslotte moest zij 1428 capituleren en werd de Zoen van Delft ( → Zoen van Delft) tussen haar en Filips gesloten. Door haar huwelijk met → Frank van Borsele schond zij 1432 dit verdrag en moest zij 12.4.1433 algehele afstand doen van haar graafschappen aan Filips. Zij behield enkele heerlijkheden en inkomsten: trok zich terug op het slot Teylingen en stierf aan tuberculose.

Litt. Ev.Löher. Jacoba van Bayern und ihre Zeit (2 dln.. 1869; Ned. vort. 1871): E .de Polier, Gesch. van Jacoba van Beieren (1881): E.Ie Blant. Les quatre mariages de Jacqueline, duchesse de Bavière (1904); R.Putman. A medieval princess (1904); J.L.Walch, Vrouwen van formaat (1941); H.P.H.Jansen, Jacoba van Beieren (2e dr., 1976).