Bijbels Lexicon

Karina van Dalen-Oskam & Marijke Mooijaart (2017)

Gepubliceerd op 11-05-2017

Opstanding

betekenis & definitie

Opstanding, wederopstanding, het opstaan uit de dood dat alleen door God teweeggebracht kan worden.

De opstanding of wederopstanding der doden, het opstaan uit de dood, de wedergeboorte.

Aan het einde der tijden, bij het Laatste Oordeel, zouden alle mensen die ooit hebben geleefd opstaan uit de dood. Daarover lezen we in de bijbel de woorden van Jezus: ‘Hebt u niet gelezen wat God u over de opstanding van de doden heeft gezegd? Dit is wat hij zei: “Ik ben de God van Abraham, de God van Isaak en de God van Jakob.” Hij is geen God van doden, maar van levenden’ (Matteüs 22:31-32, NBV). Een enkele maal wordt de uitdrukking in het hedendaagse Nederlands gebruikt in een ruimere betekenis; in de volgende aanhaling ter aanduiding van iets heel bijzonders of spectaculairs: ‘Deze kijker zou dan echter graag live de opstanding der doden zien, op Nederland 1, 2 of 3. De rigiditeit die deze zenders ten tijde van het IRT-debat demonstreerden, is niet bemoedigend’ (NRC, apr. 1994). Ook wederopstanding wordt wel gebruikt in dezelfde betekenis als opstanding. Het woord komt niet voor in de NBG-vertaling, en slechts eenmaal in de Statenvertaling (1637), in Filippenzen 3:11, ‘Of ik enigszins moge komen tot de wederopstanding der doden’.

Bijbelcitaat: Deux-Aesbijbel (1562), Matteüs 22:31. Ende van de opstandinghe der dooden, [...].

Gebruiksvoorbeeld: Het christendom heeft eeuwenlang een afkeer gehad van cremeren, wellicht onder invloed van de idee dat een crematie de lichamelijke opstanding zou verhinderen. (NRC, aug. 1994)

Gebruiksvoorbeeld: We staan even stil bij een graf op een steenworp afstand van het station. Als er zoiets is als wederopstanding dan sta je hier wel erg in je eentje, vind ik. (Waterkampioen, 1993, nr. 18)

Gebruiksvoorbeeld: In de vierde herneming [van de sportwedstrijd] ging Maldegem aanvankelijk op zijn elan door (3-1). Maar bij 4-4 stokte het raderwerk en bleef ook de door de thuisaanhang verwachte wederopstanding uit (4-15). (De Standaard, nov. 1995)