Ongeschikt tot het verrichten van arbeid (wegens ziekte, door een bedrijfsongeval enz.); lichamelijk of geestelijk niet in staat om arbeid te verrichten; arbeidsongeschikt; ook: invalide (m.n. bij arbeidsongeschiktheid voor een lange periode).
- Ook in zelfst. gebr.: werkonbekwame m.-v., -n.
Evenveel ongevallen als 10 jaar geleden, maar met meer bestendig werkonbekwamen tot gevolg, Volksmacht 19/11/1976, p. 1.
Wij kennen fysisch en mentaal werkonbewamen, wij kennen momenteel in het westen miljoenen werklozen, Kerk 1976, 91.
Hij kreeg een doktersattest ter hand gesteld: een maand werkonbekwaam, Gazet v. Antw. 21/7/1977.
Inspekteur U. werd zwaar gewond opgenomen in het ziekenhuis van Dendermonde. Zijn kollega mocht na verzorging huiswaarts keren. Beiden zijn voor onbepaalde tijd werkonbekwaam, Gentenaar 16/8/1977.
Aanvullende vergoeding grensarbeiders werkonbekwaam wegens ziekte, arbeidsongeval, invaliditeit, Volksmacht 9/6/1978.