Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

trouwkleed

betekenis & definitie

Trouwjapon, trouwjurk; bruidsjapon.

Te koop: prachtig wit trouwkleed, Gazet v. Antw. 23/4/1977.

Ook o.a.: Westkust 26/8/1976, p. 9. Gentenaar 22/5/1977. Boom 17/6/1977. Reklamegids 1/6/1978.

Opm.: In de standaardt. wel in ’t mv. in toep. op de trouwkleding (in ’t alg.).

< >