Instelling waar men gespaard geld tegen rentevergoeding in bewaring kan geven: spaarbank. (Vert. van fr. caisse d’ épargne). Uit de postwagen werden vier zakken met waardepapieren van spaarkassen, waarvan de waarde nog niet kon worden geschat, meegenomen, Gentenaar 3/8/1977.
Gewapend duo rooft 150.000 fr. uit Wuustwezelse spaarkas ... . Volgens de eerste tellingen zou uit het kantoor van de Raiffeisenkas bij de overval niet bijster veel geld verdwenen zijn, Gazet v. Antw. 13/9/1977.
Wij, dat zijn de mensen van de Antwerpse Volksspaarkas, een filiaal van B.A.C., één van de grootste spaarkassen van het land. Samen beheren wij méér dan 85 miljard over méér dan 1.250.000 rekeningen, Volksmacht 21/4/1978.
Ook o.a.: Vrouw en Wereld april 1976, p. 29. Limburg 31/8/1976.
Opm.: In de standaardt. wel in toep. op een onderling fonds in bedrijven e.d., waarbij de deelnemers stortingen verrichten tot vorming van een jaarkas.