Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

doorsteken

betekenis & definitie

1. (Aardappelen) fijnstampen, fijnmaken; (fruit, groenten, soep e.d.) door een zeef wrijven, zeven; thans ook: mixen

Aardappelpuree... - Kook de aardappelen en steek ze door. - Kruid de aardappelpuree met peper, zout en kruidnoot, Koken ± 1968, 129.

Bereid een puree met de doorgestoken aardappelen, eierdooiers, peper en zout, Vrouw en Wereld jan. 1974. p. 17.

Steek de rest van de bloemkool en wortel door, samen met de bouillon. Bereid een roux en leng aan met de doorgestoken bouillon. Laat goed doorkoken, Vrouw en Wereld sept. 1976, p. 19.

Giet water over de groenten en laat ze koken.... Steek de soep door, Vrouw en Wereld okt. 1977, p. 19.

2. Iem. iets doorsteken, in de schoenen schuiven, verwijten.

Hij had het me niettemin duchtig doorgestoken, niet waar? dat ik misschien niet ‘zo struis’ was als mijn vader, TEIRLINCK 1952, 1, 232.

< >