Engels publicist en politicus (Farnham, Surrey, 9 Mrt 1762 - Guildford 18 Juni 1835), trad in 1784 als tamboer in dienst. Het volgende j aar ging hij met een regiment naar Nieuw-Schotland en nam in 1791 als sergeantmajoor zijn ontslag naar aanleiding van door hem ontdekte fraude van officieren.
Met ijver had hij de leemten van zijn opleiding aangevuld, zodat hij te Philadelphia als schrijver van onderscheiden vlugschriften kon optreden. In Juni 1800 naar Engeland teruggekeerd, redigeerde hij van Jan. 1802 af tot zijn dood het geestige Weekly Political Register. Aanvankelijk behoorde hij tot de Torypartij, maar hij ontwikkelde zich tot een tegenstander van de Tories en Whigs beide, hoewel steeds een ijverig aanhanger van de Staatskerk. In 183 2 werd hij door Oldham afgevaardigd naar het Lagerhuis; te oud evenwel om invloed uit te oefenen. Zijn geschriften onderscheiden zich door een duidelijke, krachtige en sierlijke stijl.Bibl.: Porcupine’s Works (12 dln, 1801); vooral: Rural Rides (1830), ed. by G. D. H. en M. Cole, 3 dln (1930).
Lit.: G. K. Chesterton, W. G. (1925); M.
Bowen, Peter Porcupine (1935); G. D. H. Cole, The life of W.
C. (1925, 3de dr. 1947, met bibliografie); G. Irving, W. C. (1938); M. E.
Clark, Peter Porcupine in America (Philadelphia 1939).