zijn roterende krachtwerktuigen waarvan de as door een continue stroom van stoom, gas of water in constante rotatie wordt gehouden. Het proces verloopt in deze machines in straalapparaten, die in het turbinehuis zijn bevestigd, en in schoepen, die langs de omtrek van een op de as bevestigde trommel zijn aangebracht (z stoommachine en gasturbine).
De heen en weergaande zuiger en het drijfstangkrukmechanisme, met de daaruit voortkomende onregelmatige gang van de zuigermachines, ontbreken bij de turbines geheel; een overeenkomstig verschil vertonen de centrifugaalpompen en de schroefpompen ten opzichte van de zuigerpompmachines: bij de zuigerpompen wordt periodiek water opgeleverd en de eerst genoemde pompen werken zodanig, dat het water continu wordt opgevoerd. Daarom worden deze pompen in de literatuur aangeduid als turbinepompen.
Turbo-generatoren en turbo-compressoren zijn aggregaten, opgebouwd uit een stoomturbine, waarvan de as direct gekoppeld is aan de as van een electrische generator of van een compressor.
